Studiewijzer 2022/2023

Globale inhoud

Organisaties opereren bijna altijd in samenwerkingsverbanden, bijvoorbeeld supply chains, en in markten waarin naast samenwerking ook concurrentie voorkomt. De levensvatbaarheid van individuele organisaties, maar ook van de ecosystemen die door deze netwerkorganisaties worden gevormd hangt van verschillende endogene en exogene factoren af. Daarnaast is er overheidsbeleid en regelgeving die constraints legt op deze netwerkorganisaties. In het vak Netwerkorganisaties modeleren we de relaties tussen de organisaties die zo’n netwerkorganisatie vormen met kwalitatieve en kwantitatieve methoden. De effecten van endogene en exogene factoren op de participerende organisaties worden onderzocht door middel van een op basis van deze modellen te ontwikkelen simulatie. De student leert beleid gericht op het beïnvloeden van deze factoren te evalueren met behulp van uit de simulaties verkregen inzichten en daarover wetenschappelijk verslag te doen.

Het vak Netwerkorganisatie richt zich op de vragen waarom en hoe organisaties samenwerken in een complexe omgeving. Door organisaties in een netwerksetting te bestuderen, krijgen de studenten een beter inzicht in hoe organisaties functioneren in een dynamische context. De cursus volgt twee lijnen:

De wetenschappelijke onderbouwing van de begrippen netwerk en netwerkorganisaties.
Dit omvat de conceptuele benadering om het concept in kwestie te begrijpen en de implicaties die dit begrip heeft voor het handelen van de organisaties, opererend in een netwerkcontext.
De toepassing van de theoretische inzichten door middel van een casus over een specifieke organisatie.
Tijdens de cursus werken studenten aan een casus. Door in groepjes aan deze casus te werken, ervaren de studenten ook zelf wat werken in een netwerksetting betekent. Zo ontwikkelen ze inzicht in hun individuele rol en hun bijdrage aan de groep als lid van het netwerk.

Studiemateriaal

Literatuur

Menczer, F., Fortunato, S., & Davis, C. (2020). A First Course in Network Science. Cambridge: Cambridge University Press. doi:10.1017/9781108653947) H1-H4

Albert-Laszlo Barabasi, 2016, Network Science, Cambridge University Press (free online version; http://networksciencebook.com/) H1-H2

Software

Vensim

Overig

Relevante artikelen die via Canvas bekend worden gemaakt.
Van de studenten wordt verwacht dat ze individueel en in groepsverband aanvullende literatuur gebruiken.

Leerdoelen

De student herkent en identificeert kenmerken van het netwerk (de context) waarin organisaties moeten opereren
De student kan vanuit verschillende perspectieven bepalen hoe organisaties binnen netwerken functioneren
De student past de kennis toe op een specifieke case
De student analyseert, op basis van de opgedane kennis en ervaringen, de algemene implicaties voor organisaties die in een netwerkomgeving werken
De leerling ontwerpt, voortbouwend op de verworven kennis, keuzes die in een specifieke situatie als criterium kunnen dienen
De student beargumenteert en onderbouwt deze criteria en keuzes, en verklaart ze met wetenschappelijke argumenten

Onderwijsvormen

Hoorcollege
Werkcollege
Zelfstudie
Zelfstandig werken aan bijv. project/scriptie
Presentatie/symposium

Het vak (6EC) bestaat uit hoorcolleges (2u/w), werkcolleges (4u/w), een tussentoets in week 4 en een case-opdracht.

In week vier vindt een tussentoets plaats. In deze tussentoets wordt getoetst of de student in voldoende mate kennis en inzicht heeft opgebouwd van de theorie zoals in het eerste deel van het vak aan de orde is gesteld.

Gedurende het tweede deel van het vak dienen de studenten in groepsverband een beleidadvies onderbouwd met de analyseresultaten van het gemodelleerde en gesimuleerde netwerk te beschrijven (10 pagina’s) en te presenteren en maakt iedere student een individueel essay (max 4 pagina’s) waarin een kritische reflectie op de gehanteerde modellering en simulatiemethode wordt gegeven

Practicum Oriëntatie en Reflectie (POR): 1 uur per 2 weken plus zelfstudie.

Verdeling leeractiviteiten

Zie studiegids op Canvas

Academische vaardigheden

Practicum Oriëntatie en Reflectie

Oriëntatie op studiekeuze en het beroepenveld is deels belegd in Practica Oriëntatie en Reflectie (POR). Deze practica maken deel uit van het lesprogramma van dit vak en worden verzorgd door tutoren, de coördinator academische vaardigheden en gastsprekers.

Voor Informatiekunde-studenten is het volgen van deze practica een voorwaarde om dit vak te kunnen afsluiten. Hiervoor geldt onder andere een aanwezigheidsplicht. Studenten die geen Informatiekunde studeren, zijn vrijgesteld van deze practica.

Studenten die eerder het vak Tutoraat IK2 of de Practica Oriëntatie en Reflectie hebben gevolgd en succesvol afgesloten, kunnen vrijstelling aanvragen voor deze practica Oriëntatie en Reflectie bij de coördinator academische vaardigheden. Neem ook met andere vragen over POR contact op met deze coördinator.

Aanwezigheid

Aanwezigheidseisen opleiding (OER-B):

Voor practica en werkcolleges, met opdrachten, geldt een aanwezigheidsplicht, tenzij anders vermeld in de studiegids. Wanneer studenten niet voldoen aan deze aanwezigheidsplicht kan het onderdeel niet met een voldoende worden afgerond. De aanwezigheidsplicht met betrekking tot hoor-werkcolleges staat, indien van toepassing, vermeld in de studiegids.

Aanvullende eisen voor dit vak:

Zie studiegids op Canvas

Toetsing

Onderdeel en weging	Details
Eindcijfer
1 (100%) Deeltoets	NAP bij geen cijfer
Vraag 1
Vraag 2
Vraag 3
Vraag 4
Vraag 5
Vraag 6
Vraag 7
Vraag 8
Vraag 9
Vraag 10
Vraag 11
Vraag 12
Vraag 13
Vraag 14
Vraag 15
Vraag 16
Vraag 17
Vraag 18
Vraag 19
Vraag 20
Vraag 21
Vraag 22
Vraag 23
Vraag 24
Vraag 25
Vraag 26
Vraag 27
Vraag 28
Vraag 29
Vraag 30

For the final grade you have to hand in two reports. One is a project report on your case study (group work 10 pages including references) and one is your individual reflection paper 4 pages. For both you can use the templates published on Canvas

In the module Templates you will also find examples from IOS-press both in WORD as well as for Overleaf (LaTex).

Typically a scientific report/paper contains the following components:

Title (plus author names (please include your student number! and group number as indicated in Canvas)

Abstract

-the abstract contains a short description of the scientific&societal problem/challenge, your research approach and a short description of the most important findings.

Introduction

the introduction contains a description of the scientific&societal problem/challange you address and briefly sketches the state-of-the art knowledge (previous research on the topic), your main research question(s) and sub-questions, a short sketch of your research methods and a forward organiser informing the reader about the set-up of the report.

Background

Here you provide the reader with some background on the problem and previous research that helps you to place your research in a scientific context.

Research method(s)

Here you explain in detail how you have set-up your research (and argue for the choices you have made)

Results

Here you describe all results / solutions that have been engineered etc.

Conclusions

Here you discuss the meaning of your findings, both in terms of the contributions to science as well as to society (related to the problem/challenge addressed)

Discussion and future research

-Here you reflect on your research, limitations, new interesting research questions that you became aware of and potential future research that could be build upon your findings.

References

here you list all literature you used and referred to

Your individual report contains similar ingredients except for it should only contain a summary of what you did as a group and where you give a personal reflection on everything that strucked you when working on the research project (your case). Then you reflect on what you learned, what you find challenging and how the acquired knowledge and skills may help you in future research projects and what knowledge and skills you identified to need further development.

As for the scoring we'll use the following criteria for the group report:

Knowledge (60%)

1 Understanding the subject matter

2 Theoretical underpinning

3 Originality of the topic

4 Critical reflections on topic

5 Clarity of conclusions

Reporting (40%)

1 Readability/coherence/ use of language

2 Structure / composition

3 Use of references

For each of these criteria you will receive a score from the following set: {excellent, good, satisfactory, sufficient, insufficient}

For your individual reflection report we will use the following criteria:

1 Critical reflections on the research project / case

2 Clarity of conclusions

3 Readability/coherence/ use of language

4 Structure / composition

For each of these criteria you will receive a score from the following set: {excellent, good, satisfactory, sufficient, insufficient}

The composition of the final grade is as follows:

30% for the exam

50% for the group report

20% for the individual reflection report

The group report as well as the individual report contribute respectively 30% (exam) 50% group report) and 20% (individual report) to the final grade that needs to be 5.5 or higher in order to pass the course.

Opdrachten

Zie studiegids op Canvas

Fraude en plagiaat

Dit vak hanteert de algemene 'Fraude- en plagiaatregeling' van de UvA. Hier wordt nauwkeurig op gecontroleerd. Bij verdenking van fraude of plagiaat wordt de examencommissie van de opleiding ingeschakeld. Zie de Fraude- en plagiaatregeling van de UvA: http://student.uva.nl

Weekplanning

Zie studiegids op Canvas

Rooster

Het rooster van dit vak is in te zien op DataNose.

Aanvullende informatie

Dit vak heeft een Canvassite. Hier vind je de noodzakelijke aanvullende informatie en de literatuur. Bekijk de Canvassite dus met grote regelmaat!

Op DataNose staat alle actuele informatie over de roosters van het vak. Kijk dus ook regelmatig op DataNose.

Verwerking feedback studenten

Hieronder vind je de aanpassingen in de opzet van het vak naar aanleiding van de vakevaluaties.

Contactinformatie

Coördinator

prof. dr. Tom van Engers

Docenten

prof. dr. Tom van Engers

Sarah Koek MSc
Tjomme Schilstra MSc

Eigenaar	Bachelor Informatiekunde
Coördinator	prof. dr. Tom van Engers
Onderdeel van	Bachelor Informatiekunde, jaar 2